Home » BijnierNET Alfabet » Alfabet

Alle woorden van A tot Z

11- desoxycortisol

Voorloperhormoon van cortisol.

11-beta-hydroxylase

Is een van de enzymen die zorgen dat cholesterol wordt omgezet tot uiteindelijk cortisol of aldosteron in de bijnieren. Bij een tekort aan dit enzym ontstaat een zeldzame vorm van AGS waarbij er een tekort aan cortisol en een te veel aan aldosteron ontstaat.

11betahydroxylase

Eiwit (enzym) in de bijnier, belangrijk voor de vorming van cortisol.

17-alfa-hydroxylase

Enzym betrokken bij de aanmaak van bijnierschorshormoon.

17-hydroxyprogesteron

Hormoon dat in de bijnierschors wordt gemaakt. Is verhoogd bij AGS.

21-hydroxylase

Enzym betrokken bij de aanmaak van bijnierschorshormoon Bij AGS vind je een tekort aan 21-hydroxylase waardoor er geen cortisol wordt gemaakt.

3-methoxytyramine

ofwel 3-MT, is een afbraakproduct en de hoeveelheid geeft aan of er teveel of teweinig dopamine wordt gemaakt.

Acne

Ontsteking van de talgklieren op verschillende plekken op het lichaam met als gevolg rode papels of puistjes.

Acromegalie

Bij acromegalie begint het lichaam van een volwassene langzaam te groeien. Niet in de lengte, maar aan de uiteinden (handen, oren etc). Ook organen kunnen gaan groeien. Acromegalie wordt veroorzaakt door een hormoonproducerend gezwel aan de hypofyse.

ACTH

= AdrenoCorticoTroop Hormoon (corticotropine)

Het hormoon ACTH wordt gemaakt in de hypofyse(voorkwab). ACTH stimuleert de bijnieren tot de aanmaak van de bijnierhormonen.

ACTH-test

De ACTH test wordt gebruikt bij het onderzoek naar bijnierschorsinsufficiëntie. Er wordt door de fabrikant gemaakt (synthetisch) ACTH toegediend via een infuus en op verschillende tijdstippen wordt bloed afgenomen. Zo kan worden onderzocht of de bijnieren voldoende functioneren.

Addison, Thomas

Thomas Addison (1793-1860) was een Britse arts en wetenschapper. Hij gaf de eerste beschrijving van de ziekte die later naar hem vernoemd zou worden: de ziekte van Addison.

Addison, ziekte van

De ziekte van Addison wordt ook wel primaire bijnierschorsinsufficiëntie genoemd. Hierbij zijn de bijnieren beschadigd waardoor ze niet meer goed kunnen functioneren.

Addisoncrisis

Addisoncrisis = bijniercrisis

Acuut en levensbedreigend ziektebeeld door een tekort aan bijnierhormonen. Wordt meestal uitgelokt door ernstige ziekte, een infectie, een ingreep, of ernstige mentale stress of pijn. Dit kan leiden tot klachten en verschijnselen van onder andere misselijkheid, braken, buikpijn, bewustzijnsverlies, uitdroging, lage bloeddruk en duizeligheid. Een levensbedreigende situatie waarbij onmiddellijk adequaat gehandeld moet worden door het geven van hydrocortison in hoge dosering (via een noodinjectie of infuus) en vochttoediening via een infuus.

Adenoom

Speciale vorm van een gezwel bijvoorbeeld in de hypofyse.

ADH= Anti-Diuretisch Hormoon

Hormoon betrokken bij de water- en zouthuishouding.

Adjuvante behandeling

Ondersteunende behandeling, ook wel als nabehandeling.

Adrenalectomie

Operatie waarbij de bijnier wordt verwijderd.

Adrenaline (epinefrine)

Adrenaline wordt in het merg van de bijnieren gemaakt. Het staat bekend als het stresshormoon. Het zorgt dat het lichaam in staat van paraatheid wordt gesteld o.a. bij ziekte en stress. Het leidt onder andere tot een versnelde ademhaling en hartslag, stijging van de bloeddruk, meer vrijkomen van energie, hogere alertheid en grotere pupillen van de ogen.

Adrenalitis

Ontsteking van de bijnier.

Adreno(myelo)leukodystrofie / adrenomyeloneuropathie

Zeldzame en erfelijke stofwisselingsziekten van vetzuren die afwijkingen van het zenuwstelsel en tot de ziekte van Addison kunnen leiden.

Adrenogenitaal primordium

Een embryologisch weefsel bestaande uit embryonale cellen uitsluitend in de ontwikkelende mens. Het zijn embryonale cellen waaruit zowel de testes als ook de bijnier uit ontwikkeld worden. Testes en bijnier hebben dus dezelfde oorsprong maar tijdens de embryonale ontwikkeling splitsen deze cellen zich in twee verschillende organen en krijgen ook verschillende functie.

AGS = adrenogenitaal syndroom

Het adrenogenitaal syndroom (AGS) is een aangeboren aandoening. AGS leidt tot problemen met de hormoonproductie in de bijnierschors. Hierbij ontstaan teveel androgenen (geslachtshormonen), meestal te weinig cortisol en soms ook te weinig aldosteron. AGS wordt ook wel congenitale bijnierschors-hyperplasie genoemd.

Ajuvante behandeling

Een ondersteunende behandeling.

Aldosteron (mineralocorticoïd hormoon)

Een hormoon dat in de bijnier wordt gemaakt en een belangrijke rol speelt bij de water- en zouthuishouding in het lichaam.

Allergie

Een overdreven of extreme reactie op een stof of situatie.

Amyloïdose

Amyloïdose is een aandoening waarbij een eiwit (amyloïd) zich in allerlei weefsels en organen ophoopt en het functioneren ervan aantast.

 Androgenen (geslachtshormonen)

Hormonen die ook in de bijnieren worden gemaakt en een rol spelen bij verschillende processen in het lichaam o.a. groei en seksuele ontwikkeling van mensen, effect op het afweersysteem, botten en spieren, de werking van de hersenen, gedrag en de stofwisseling.

Androsteendion

Hormoon dat in de bijnierschors (en geslachtorganen) wordt gemaakt en een androgene werking heeft. Vanuit androsteendion kunnen andere androgenen gemaakt worden.

Anti-diuretisch hormoon

Antidiuretisch hormoon (ADH) of vasopressine is een hormoon en een neurotransmitter. Het speelt een belangrijke rol bij de water en zouthuishouding in het lichaam. Het wordt gemaakt in de hypothalamus en uitgescheiden via de hypofyseachterkwab. Bij een tekort aan ADH spreekt men van diabetes insipidus.

Antistoffen

Stoffen die in het lichaam worden gevormd als specifieke reactie op (stofjes) antigenen die het lichaam zijn binnengekomen.

Apoplexie hypofyse

Plotselinge beschadiging van de hypofyse door een bloeding, dat meestal gepaard gaat met een plotselinge, ernstige hoofdpijn, problemen met het zien, een verlaagd bewustzijn, braken en klachten van tekort aan hormonen.

ARR-ratio

de aldosteron-renine ratio is een resultaat bij bloedonderzoek waarbij de hoeveelheid aldosteron en de hoeveelheid renine worden vastgesteld in het bloed. De ratio is de hoeveelheid aldosteron te delen door de hoeveelheid renine.

Auto-immuniteit

Een toestand waarbij het lichaam antistoffen maakt die gericht zijn tegen een weefsel of een orgaan van het eigen lichaam. Een voorbeeld hiervan is de auto-immuun adrenalitis, de meest voorkomende oorzaak van primaire bijnierschorsinsufficiëntie in de westerse wereld.

Awareness

het besef, het inzicht hebben in.

Bijnier crisis

Addison crisis = bijnier crisis

Acuut en levensbedreigend ziektebeeld door een tekort aan bijnierhormonen. Wordt meestal uitgelokt door ernstige ziekte, een infectie, een ingreep, of ernstige mentale stress of pijn. Dit kan leiden tot klachten en verschijnselen van onder andere misselijkheid, braken, buikpijn, bewustzijnsverlies, uitdroging, lage bloeddruk en duizeligheid. Een levensbedreigende situatie waarbij onmiddellijk adequaat gehandeld moet worden door het geven van hydrocortison in hoge dosering (via een noodinjectie of infuus) en vochttoediening via een infuus.

Bijnieren

Bijnieren zijn kleine organen (30 mm breed, 50 mm lang en 10 mm dik, 5 g) in het lichaam, als een soort kapje net boven de nieren, die belangrijke hormonen maken. Ieder mens heeft twee bijnieren, één linker en één rechter bijnier. De bijnier bestaat uit twee delen: een buitenkant (schors of cortex) en een kern (merg of medulla).

Bijnierfunctie

Werking van de bijnier.

Bijnierhyperplasie, bilateraal

Vergroting van beide bijnieren.

Bijnierhyperplasie, unilateraal

Vergroting van èèn bijnier.

Bijniermerg

De binnenkant (medulla) van de bijnier, maakt adrenaline en noradrenaline.

Bijnierresectie

Een volledige verwijdering van een bijnier door een operatie.

Bijnierschors

De buitenkant (cortex) van de bijnier . De bijnierschors is opgebouwd uit drie lagen. Die lagen noemen we reticularis, fasciculata en glomerulosa. In deze drie lagen worden verschillende hormonen gemaakt. Dit zijn cortisol, aldosteron en androgenen.

Bijnierschorscarcinoom

Kwaadaardig gezwel van de bijnier.

Bijnierschorsinsufficiëntie

Onvoldoende functie van de schors van de bijnieren.

Bijnierschorsinsufficiëntie, centraal

Bijnierschorsinsufficiëntie veroorzaakt door een probleem in de hypothalamus of de hypofyse.

Bijnierschorsinsufficiëntie, primair

Bijnierschorsinsufficiëntie veroorzaakt door een probleem in de bijnieren.

Bijnierschorsinsufficiëntie, secundair

Bijnierschorsinsufficiëntie veroorzaakt door een probleem in de hypofyse.

Bijnierschorsinsufficiëntie, steroïd-geïnduceerd

Bijnierschorsinsufficiëntie veroorzaakt door gebruik van medicijnen die cortisol of synthetische vormen van cortisol bevatten.

Bijnierschorssparende operatie

Bij een operatie aan de bijnier wordt het gedeelte waar de tumor zit verwijderd en geprobeerd de bijnierschors te sparen. Hierdoor wordt de functie van de schors, namelijk aanmaak van cortison en aldosteron, gespaard.

Bijniervene sampling

Onderzoek waarbij bloed wordt verzameld uit de bijniervenen. Het bloed uit de linker en rechter bijniervene (ader) wordt met elkaar vergeleken. Zo kan worden onderzocht of het primair hyperaldosteronisme wordt veroorzaakt doordat èèn of beide bijnieren overactief zijn.

Bloeddruk, diastolisch

Onderdruk

Bloeddruk, systolisch

Bovendruk

Buffalo hump

Typische ophoping van vet in de nek.

Calcium

Element in het lichaam. Bouwstof van botten en tanden, nodig voor goede functie van spieren en zenuwen.

Centrale obesitas

Vetopstapeling rondom de buik.

chiasma opticum

de plek waar de oogzenuwen elkaar kruisen

Co-morbiditeit

Tegelijkertijd aanwezig zijn van twee of meer aandoeningen of gezondheidsproblemen.

Coeliakie

Ziekte van de dunne darm waarbij er een opnamestoornis bestaat door het verdwijnen van darmvlokken.

Cognitie

De processen die betrokken zijn bij het verwerven en verwerken van informatie, bijvoorbeeld aandacht, geheugen en concentratie.

Congenitale bijnierschors-hyperplasie

Zie adrenogenitaal syndroom

AGS = adrenogenitaal syndroom

Het adrenogenitaal syndroom (AGS) is een aangeboren aandoening. AGS leidt tot problemen met de hormoonproductie in de bijnierschors. Hierbij ontstaan teveel androgenen (geslachtshormonen), meestal te weinig cortisol en soms ook te weinig aldosteron. AGS wordt ook wel congenitale bijnierschors-hyperplasie genoemd.

Conn, ziekte van

Vorm van primair hyperaldosteronisme veroorzaakt door een eenzijdig gezwel in de bijnier dat aldosteron overproduceert.

Cortisol

Bijnierschorshormoon, een glucocorticoïd hormoon. Heeft verschillende effecten in het lichaam: beïnvloed het slaap-waakritme, het geheugen, het concentratievermogen en de stemming, stofwisseling, werking van hart- en bloedvaten, de botten, de huid, het bindweefsel en spieren en gewrichten, afweersysteem.

Cortisol-receptor

Receptor voor cortisol

Er zijn twee receptoren voor cortisol een glucocorticosteroïdreceptor en een mineralocorticosteroïd receptor.

Dr. Nicole Datson, neurowetenschapper aan de Universiteit Leiden, legt in onderstaand filmpje uit wat het verschil is tussen de twee receptoren voor cortisol, MR en GR.

Cortisonacetaat

Geneesmiddel, voor de behandeling van een hypocortisolisme. Wordt na inname door de lever omgezet in het werkzame cortisol.

craniofaryngeoom

Een goedaardige, zeldzame hypofysetumor. Mensen met een craniopharyngeoom merken pas dat zij deze tumor hebben, als de tumor groeit en druk uitoefent op omliggende structuren, zoals de hypofyse, hypothalamus en kruising van de oogzenuwen.

Creatinine

Stof waarvan de concentratie in het bloed een goede maat is voor de nierfunctie.

CRH= Corticotropine Releasing Hormone

Hormoon uit de hypothalamus dat de hypofyse aanzet tot de aanmaak van ACTH.

CT-scan= computer tomografie scan

Beeldvormend onderzoek van (een deel van) het lichaam verkregen door röntgenstraling.

Cushing, cyclische

Een speciale vorm van Cushing waarbij er periodes zijn met een verhoogde aanmaak van cortisol, afgewisseld met periodes zonder verhoogd cortisol.

Cushing, ectopisch

Syndroom van Cushing veroorzaakt door een verhoogde aanmaak van ACTH of CRH, bijvoorbeeld ten gevolge van een gezwel in de longen of de alvleesklier.

Cushing, endogene

Het te hoge cortisolgehalte wordt veroorzaakt door een te hoge cortisol aanmaak in het lichaam zelf.

Cushing, exogene

Syndroom van Cushing wordt veroorzaakt door medicijnen die cortisol of cortisol gelijkende stoffen bevatten.

Cushing, syndroom van

Een verzameling van klachten en verschijnselen die aangeven dat er een te hoge hoeveelheid van het bijnierhormoon cortisol in het lichaam aanwezig is.

Cushing, t.g.v. overproductie vanuit de bijnieren

Te hoge productie van cortisol door een (meestal goedaardig) gezwel in de bijnier(en).

Cushing, ziekte van

Te hoge productie van cortisol door een (meestal goedaardig) gezwel in de hypofyse dat teveel ACTH maakt.

Dexa-scan (dual-energy x-ray absorptiometry)

Onderzoek om de botdichtheid te meten.

Dexamethason

Synthetisch glucocorticoïd met een lange en sterke werking.

Dexamethason-remmingstest

Onderzoek dat wordt uitgevoerd bij verdenking op een hypercortisolisme (te hoog cortisol). Om 23.00 uur ’s avonds wordt 1 mg dexamethason ingenomen. De volgende ochtend wordt tussen 8.00 en 9.00 uur bloed geprikt om het gehalte aan cortisol te bepalen. Indien het cortisol onvoldoende gezakt is na inname van de dexamethason, is er sprake van een afwijkende test.

DHEA = dehydroepiandrosteron

Hormoon dat wordt gemaakt in de bijnierschors met een androgene werking. Heeft mogelijk invloed op het immuunsysteem, de botten, de spieren, de werking van de hersenen, het gedrag en de stofwisseling.

Diabetes insipidus

Situatie waarbij er te weinig anti-diuretisch hormoon in het lichaam wordt gemaakt. Het gevolg is dat mensen veel plassen en dorst hebben en er een hoog natriumwaarde in het bloed kan ontstaan veel natrium (zout) in het bloed blijft.. Er bestaat ook een vorm waarbij de nieren minder gevoelig zijn voor het anti-diuretisch hormoon.

Diabetes mellitus

Suikerziekte

Diagnostische vertraging

Vertraging bij het vaststellen (diagnosticeren) van een ziekte.

DNA = deoxyribonucleic acid

Komt in iedere cel voor; waarin alle erfelijke eigenschappen van de mens vastliggen (erfelijk materiaal).

Dopamine

Een stofje in de hersenen. Ook wel een neurotransmitter genoemd. Het brengt informatie over van de ene zenuwcel naar de andere zenuwcel. Dopamine zorgt ervoor dat we ons tevreden en beloond voelen (bron: Herseninstituut).

dual-release

een deel van een medicijn wordt sneller dan een ander deel opgenomen in het lichaam.

Elektrolyten

Zouten in ons bloed, bijvoorbeeld natrium en kalium.

ENDO-ERN

European Reference Networks (ERNs) zijn virtuele netwerken van zorgaanbieders in Europa. Zij streven naar de aanpak van complexe of zeldzame ziektes die een hoog specialistische behandeling en expertise vereisen.

Endocriene systeem

Hormonale systeem in het lichaam, bestaat uit klieren die hormonen uitscheidenhormonale systeem in het lichaam, bestaat uit klieren die hormonen uitscheiden.

Endocrinologie

het medisch specialisme (vakgebied) dat zich bezig houdt met het hormonale (endocriene) systeem en de stofwisseling in het lichaam.

Endocrinoloog

Arts (medisch specialist) met speciale kennis van de hormoonhuishouding en de aandoeningen die daarbij kunnen ontstaan.

Een endocrinoloog onderzoekt en begeleidt patiënten met complexe hormoon aandoeningen en stofwisselingsziekten, zoals diabetes mellitus (suikerziekte), schildklierafwijkingen, metabole botziekten, hypofyse en bijnierproblemen, groei en geslachtsklieraandoeningen, vetstofwisselings- en voedingsproblemen, en (aangeboren) stofwisselingsstoornissen.

Enzym

Een eiwit dat door het lichaam wordt gemaakt en dat één of meerdere (stofwisselings)processen mogelijk maakt of versnelt. Voorbeeld van een proces is de vertering van voedsel.

Eplerenon

Medicijn, aldosteron-antagonist, dat wordt gebruikt bij de behandeling van een primair hyperaldosteronisme.

Erfelijk syndroom

Een genetische aandoening met meerdere uitingsvormen.

Euforie

Gevoel van extreem grote vreugde.

Eustachius, Bartholomeo

Arts en wetenschapper, beschreef voor het eerst de bijnieren. Ook bekend van de eerste beschrijving van de buis van Eustachius (verbindt het middenoor met de farynx).

Euthyrox

Medicijn dat wordt gebruikt bij een verminderde schildklierfunctie.

Feochromocytoom

Een gezwel van het bijniermerg dat teveel stresshormonen maakt. Stresshormonen zijn adrenaline en noradrenaline.

Florinef

Merknaam voor het medicijn 9alfa-fluorhydrocortison (fludrocortison).

Fludrocortison

Medicijn, 9alfa-fluorhydrocortison, ter vervanging van het hormoon aldosteron. Dit medicijn is bedoeld voor de behandeling van mensen met een primaire bijnierschorsinsufficiëntie; mineralocorticoïd.

FSH = follikel stimulerend hormoon

Hormoon dat wordt gemaakt in de hypofyse en het is betrokken bij de regulatie van de geslachtshormonen.

Genmutatie

Verandering in het erfelijk materiaal, het DNA.

Geslachtshormoon

Geslachtshormonen zijn de hormonen die afgegeven worden door de geslachtsklieren. De bijnieren produceren ook geslachtshormonen (androgenen).

Gezondheid

Het vermogen van individuen om zich aan te passen en een eigen regie te voeren, in het licht van de fysieke, emotionele en sociale uitdagingen van het leven (Huber et al., 2011).

Gezondheidsvaardigheden

de mate waarin de patiënt de capaciteit heeft om basisgezondheidsinformatie te verkrijgen, te begrijpen en te verwerken om vervolgens de meest geschikte gezondheidsbeslissingen te nemen.

Gezwel

Tumor

GIST – gastrointestinale stroma tumoren

Zeldzame vorm van kanker ontstaan uit het steunweefsel van het maagdarmkanaal.

Glomustumor

Glomustumoren zijn (meestal) goedaardige gezwellen gelegen in de halsregio. Een glomustumor wordt ook wel paraganglioom genoemd.

glucocorticoïdreceptorantagonisten

Nader vast te stellen

Glucocorticosteroïd hormoon

Cortisol is een glucocorticosteroïd

Glucosespiegel

Bloedsuikergehalte in het bloed.

Groeihormoon

Groei-stimulerend hormoon dat in de hypofyse wordt gemaakt.

Hashimoto, Hakaru

Arts en wetenschapper, hij gaf de eerste beschrijving van de ziekte van Hashimoto.

Health Literacy (eng)

Gezondheidsvaardigheden

Hematoom

Blauwe plek

Hemochromatose

IJzerstapelingsziekte: stapeling van ijzer in het lichaam.

Primaire Hemochromatose is een ziekte waarbij ijzer wordt opgeslagen in vooral de lever, het hart of de alvleesklier. Het is een van de meest voorkomende erfelijke aandoeningen. Secundaire hemochromatose is meestal het gevolg van een andere aandoening of bepaalde externe factoren, zoals onder andere: Thalassemie en sikkelcelziekte.

Hemochromatose (ijzerstapeling)

Een erfelijke aandoening waarbij er teveel ijzer wordt opgenomen uit de voeding en leidt tot ijzerstapeling in het lichaam.

Hemoglobine (Hb)

Eiwit in de rode bloedcellen dat zorgt voor transport van zuurstof en koolstofdioxide door het bloed.

Hirsutisme

Overbeharing

Hormonen

Stoffen die door een hormoonproducerend orgaan worden gemaakt en worden afgegeven aan het bloed. Hormonen kunnen boodschappen doorgeven aan andere organen of weefsels in het lichaam die gevoelig zijn voor de werking van hormonen en zo een remmend of juist een stimulerend effect geven.

Hormoonproducerend orgaan

Een orgaan dat hormonen produceert. Dit zijn bijvoorbeeld de bijnieren, de schildklier, de hypofyse, de bijschildklieren, de eierstokken bij vrouwen en de zaadballen bij mannen.

Hydrocortison

Medicijn, synthetisch cortisol, voor de behandeling van een hypocortisolisme, identiek aan het cortisol dat het lichaam aanmaakt.

Hypercortisolisme

Te hoog gehalte aan cortisol in het lichaam.

Hyperglykemie

Verhoogde glucosewaarde (bloedsuiker).

Hyperpigmentatie

Ongewone bruine verkleuring van de huid en/of slijmvliezen ( geen gezond zomerse teint)

Hyperplasie

Groei van vetweefsel door een toename van het aantal vetcellen.

Hypertensie

Verhoogde bloeddruk

Hypertensie, essentiële

Een verhoogde bloeddruk waarvan de oorzaak niet bekend is (85% tot 90% van de patiënten met hypertensie).

Hypertensie, secundaire

Een verhoogde bloeddruk door een onderliggende aandoening.(10% tot 15% van de patiënten met hypertensie).

Hyperthyreoïdie

Een te snel werkende schildklier

Hypertrofie

Groei van vetweefsel door toename van de omvang van de afzonderlijke vetcellen.

Hypofyse

Orgaan aan de hersenbasis dat een centrale rol speelt bij de regulatie van verschillende hormonen.

In de hypofyse worden verschillende hormonen gemaakt zoals ACTH, TSH etc.

Hypofysitis

Hypofysitis is een ontsteking van de hypofyse.

Hypoglykemie

Verlaagde glucosewaarde (bloedsuiker).

Hypogonadisme

Een te lage spiegel van de geslachtshormonen.

Hypoparathyreoïdie

De bijschildklieren maken te weinig parathormoon (PTH) aan . Hierdoor ontstaat een te laag calciumgehalte in het bloed. De oorzaak is of een auto-immuunziekte of een operatie in het gebied van de bijschildklieren of ten gevolge van bestraling.

Hypopituïtarisme

De hypofyse werkt onvoldoende waardoor er een tekort ontstaat van de hormonen die door de hypofyse worden gemaakt. Voorbeelden zijn ADH, TSH, ACTH, LH, FSH.

Hypotensie

Verlaagde bloeddruk

Hypothalamus

Onderdeel van de hersenen en het speelt een belangrijke rol bij de regulatie van hypofysehormonen.

Hypothyreoïdie

Een te traag werkende schildklier.

Immuuntherapie

of immunotherapie. De behandeling van uitgezaaide kanker waarbij het eigen afweersysteem van de patiënt wordt versterkt.

Incidentaloom van de bijnier

Een bij toeval ontdekte zwelling in de bijnier bij beeldvormend onderzoek (scan).

Incidentie

Incidentie het aantal nieuwe gevallen van een bepaalde ziekte in een omschreven populatie tijdens een omschreven periode.

Indicatie

Een kenmerk van de patiënt, een aanwijzing om een bepaalde behandeling te gaan uitvoeren.

Infographic

Een informatieve weergave met een combinatie van tekst en beeld.

Inspanningsintoleratie

Niet goed in staat zijn om je lichamelijk in te spannen.

Insuline

Hormoon dat door de eilandjes van Lagerhans (alvleesklier) wordt gemaakt en een grote rol speelt bij de suikerstofwisseling.

Insuline tolerantietest

Test om na te gaan of er sprake is van bijnierschorsinsufficiëntie.

Intrinsic factor

Stof dat in de maag nodig is om vitamine B12 op te nemen.

ITT – Insuline Tolerantie Test

Insuline Tolerantie Test (ITT) onderzoekt een tekort aan het bijnierschorshormoon cortisol of het groeihormoon uit de hypofyse. Bij een ITT wordt gecontroleerd of het lichaam in staat is om te reageren op het tijdelijk verlagen van het suikergehalte in het bloed. Dit gebeurt door het toedienen van insuline. Insuline is een hormoon dat het bloedsuikergehalte verlaagt. Onder normale omstandigheden reageert het lichaam hierop met een stijging van het cortisol en het groeihormoon.

Kalium

Een van de zouten in het bloed (mineralen).

Kwaliteitsstandaard

Verzamelnaam van richtlijnen, zorgmodules en zorgstandaarden die betrekking hebben op het gehele zorgproces of een deel van een specifiek zorgproces en die vastleggen wat goede zorg is. De inhoud van de term kwaliteitsstandaard volgt daarmee grotendeels de definitie van de term professionele standaard zoals omschreven in de Zorgverzekeringswet (Glossarium Kwaliteit van Zorg).

laparoscopie

kijkoperatie

Laparoscopische operatie

Kijkoperatie waarbij de chirurg werkt door kleine sneetjes in de buik en gebruik maakt van een camera.

Lengtecurve

Een lijn in een grafiek die de lengte-ontwikkeling weergeeft bij elke meting of jaar. Voor alle kinderen wordt de lengte vergeleken met de gemiddelde en +/- 2 standaarddeviatie, groei is voor kinderen heel belangrijk, als een kindje niet goed groeit dan is er vaak iets onderliggend aan de hand.

Levothyroxine

Vervanger voor het schildklierhormoon lijkt op Thyrax.

LH = luteïniserend hormoon

Hormoon dat gemaakt wordt in de hypofyse en een rol speelt bij de regulatie van geslachtshormonen.

Libido

Behoefte aan seks, lustgevoelens.

Macrofagen

Ontstekingscellen

MEN-syndroom = Multiple Endocriene Neoplasie syndroom

Zeldzame, erfelijke ziekte waarbij in diverse klieren en organen in het lichaam tumoren (gezwellen) ontstaan. Er bestaan verschillende vormen (MEN-1, MEN2a, MEN2b).

Metabolisme

Stofwisseling; het geheel van reacties waarbij in het lichaam stoffen worden omgezet in andere stoffen.

Metanefrines en normetanefrines

Afbraakprodukten van de stofwisseling. Ze zijn terug te vinden in het bloed of in de urine bij verdenking op het bestaan van een feochromocytoom of paraganglioom zijn ze verhoogd aanwezig.

Metyrapontest

Test om na te gaan of er sprake is van bijnierschorsinsufficiëntie.

MIBG-scan van de bijnieren

Bijnierscintigrafie; onderzoek waarbij met behulp van een kleine hoeveelheid radioactieve stof, foto’s worden gemaakt van de bijnieren.

Mineralocorticosteroïd

Aldosteron is een mineralocorticosteroïde en zorgt voor de zout huishouding.

Mitotaan

Medicijn dat wordt gebruikt voor de behandeling van een te hoog cortisolgehalte in het lichaam en bij de behandeling van een bijnierschorscarcinoom.

Moonface

Vollemaansgezicht (rond en opgeblazen gezicht)

MRI-scan = magnetic resonance imaging

Beeldvormend onderzoek van (een deel van) het lichaam door gebruik te maken van een magnetisch veld waar elektromagnetische golven door worden gestuurd. Het geeft een heel nauwkeurig beeld.

Multidisciplinair overleg

Een overleg waarbij kennis en expertise van verschillende disciplines (vakgebieden) wordt gecombineerd.

Natrium

Een van de zouten in het bloed (mineralen)

Natriumchloride = NaCl

Natriumchloride (keukenzout) krijgen kinderen met AGS tussen 0 en 1 jaar. Soms moeten volwassenen met AGS ook extra zout innemen.

Nieren

De nieren zijn organen die afvalstoffen halen uit je bloed. Ze regelen de bloeddruk en maken hormonen die zorgen voor voldoende rode bloedcellen en sterke botten. Ieder mens heeft twee nieren, een rechter en een linker nier.

Noradrenaline

Stof die wordt gemaakt in het merg van de bijnier. Het heeft verschillende effecten bijvoorbeeld hoge bloeddruk, langzamere hartslag, verminderde doorbloeding van organen, spieren en huid, effect op de stofwisseling en een snellere ademhaling.

Normaalwaarden

Resultaten van onderzoek die horen te vallen tussen vastgestelde minimum en maximumwaarden. Deze zijn bepaald door te kijken naar de waarden bij gezonde mensen en worden daarom ook wel referentiewaarden genoemd. Het gaat om gericht onderzoek in het bloed-, de urine of in het speeksel.

Nucleair onderzoek

Onderzoek waarbij een afbeelding wordt gemaakt. Door het toedienen van een radioactieve stof via een bloedvat worden organen goed zichtbaar

Obesitas

Vetzucht, een ziekte waarbij je lichaam te veel vet heeft opgeslagen.

Oedeem

Vochtophoping op plaatsen waar het normaal niet zit, bijvoorbeeld onder de huid.

Oestradiol

Vrouwelijk geslachtshormoon

Oestrogeen

Vrouwelijk geslachtshormoon

Oncologie

De medische kennis en behandeling van kanker.

Oncoloog

Arts (medische specialist) gespecialiseerd op het gebied van kwaadaardige gezwellen.

Orgaan

Een onderdeel van je lichaam met een bepaalde functie.

Orthostatische hypotensie

Bloeddrukverlaging van meer dan 20 mmHg systolisch of 10 mmHg diastolisch die ontstaat bij opstaan.

Osteopenie

Afname van de botdichtheid, waardoor botten kwetsbaar worden. Het is een voorstadium van osteoporose.

Osteoporose

Sterke afname van de botdichtheid waardoor de kans op een botbreuk toeneemt, botontkalking.

Paraganglioom

Een gezwel in het lichaam dat teveel stresshormonen maakt (met name noradrenaline).

Patholooganatoom

Arts (medische specialist) die gespecialiseerd is in de anatomie van het lichaam en het onderzoek van lichaamsweefsel, lichaamsstoffen en cellen om tot een diagnose te komen en in het vaststellen van een doodsoorzaak door het uitvoeren van een obductie.

Pericarditis

Ontsteking van het hartzakje.

Pernicieuze anemie

Auto-immuunziekte die leidt tot bloedarmoede, moeheid, en soms tot problemen met het bewegingsapparaat (spieren en gewrichten) en het zenuwstelsel ten gevolge van een tekort aan vitamine B12.

Persoonsgerichte zorg

Een paraplubegrip voor zorg die de mens in zijn context met al zijn vragen, wensen en behoeften voorop stelt. Het leven en gezondheid staan daarbij centraal en niet de ziekte (Whitepaper persoonsgerichte zorg, 2014).

PET-scan = positron emissie tomografie

Beeldvormend onderzoek waarbij gebruik wordt gemaakt van radioactieve stoffen dat in een bloedvat wordt gespoten. Er wordt gekeken naar verandering (verhoogde) stofwisseling van cellen. Wordt o.a. ingezet bij de opsporing/nader onderzoek van gezwellen.

Polyglandulair auto-immuun syndroom

Combinatie van auto-immuunziekten van hormoonproducerende organen.

PAIS 1 aangeboren AIRE-gen

PAIS 2

Combinatie van van verschillende auto-immuun ziekten Addison en hypothyroïdie, diabetes en vervroegde overgang

Postmenopauzaal

Na de menopauze.

Prednison

Medicijn, synthetisch glucocorticoïd.

prevalentie

Aantal gevallen van een ziekte in een bepaalde groep mensen of in een bepaalde tijd.

Primair hyperaldosteronisme

Aandoening waarbij er teveel van het hormoon aldosteron wordt gemaakt. Aldosteron heeft invloed op de water- en zouthuishouding. Bij een hyperaldosteronisme is de bloeddruk te hoog en het gehalte aan kalium is te laag.

Provocatietest

het doelbewust in contact brengen met een stof of situatie om het effect gecontroleerd te beoordelen. Er wordt bedoeld het in contact brengen met stoffen om na te gaan of bijvoorbeeld een kind allergisch reageert of niet.

Psychose

Een psychiatrische stoornis waarbij het denken, waarnemen en emotioneel beleven ernstig ontregeld is. Er kunnen wanen en hallucinaties aanwezig zijn.

Receptor

Receptoren zijn: ontvangers (soort antennes), die zich aan de buitenkant van cellen bevinden, en signalen opvangen en doorgeven.

Renine

Een enzym dat aangemaakt wordt in de nieren en invloed heeft op de bloeddruk.

retroperitoneoscopie

kijkbuisoperatie via de rug.

Risicoprofiel

Aantal risicofactoren bij een individu. Een voorbeeld is het risicoprofiel voor hart- en vaatziekten, bestaande uit leeftijd, geslacht, roken, bloeddruk, bloedglucosewaarden, cholesterolwaarden, familieanamnese, voedingspatroon, lichamelijke activiteit, ‘body mass index’ (BMI) en middelomtrek.

Sarcoïdose (ziekte van Besnier Boeck)

Een zeldzame aandoening waarbij ontstekingen ontstaan in verschillende organen en weefsels.

Schildklierhormonen

Zijn de hormonen die door de schildklier worden gemaakt. Indien er sprake is van een hypothyreoïdie (een te traag werkende schildklier) worden mensen behandeld met medicijnen die schildklierhormonen bevatten, zoals Thyrax, Levothyroxine, Euthyrox.

Sheehan, syndroom van

Beschadiging van de hypofyse doordat er te weinig bloed met zuurstof bij de hypofyse komt door bloedverlies/shock tijdens de bevalling.

Sinus petrosus sampling

Speciaal onderzoek waarbij bloed wordt afgenomen en onderzocht van het gebied van de hypofyse om de oorzaak van een endogeen syndroom van Cushing nader te onderzoeken.

Solucortef

Medicijn, inspuitbaar glucocorticoid (hydrocortison).

Spieratrofie

Spieren worden dunner en minder krachtig.

Spironolacton

Medicijn, aldosteron-antagonist, wordt gebruikt bij de behandeling van een primair hyperaldosteronisme.

Storyboard

Eerste ontwerp bij de ontwikkeling van bijvoorbeeld een animatie.

stress

een belastende invloed, kan zowel lichamelijk (operatie, ziekte) als psychisch (emotionele gebeurtenis, belasting op het werk) zijn, die een lichamelijke of psychische reactie oproept in het lichaam.

Stressfactor

Een stress veroorzakende oorzaak of aanleiding.

stressinstructie

aanpassing (verhoging) van de medicatie (hydrocortison, cortison acetaat en andere glucocorticoïden) bij lichamelijke of geestelijke stress.

Lees meer op bijniernet.nl/stressinstructies.

stresssituatie

(bedoeld speciaal voor mensen met een bijnierziekten): een situatie van lichamelijke of geestelijke stress, waarbij het lichaam meer cortisol nodig heeft. Bij mensen met bijnierschorsinsufficiëntie wordt onder deze omstandigheden stressinstructies geadviseerd.

Striae

Roze-paarse zwangerschapsstrepen op de buik en billen.

Struma

Schildkliervergroting. Probleem van de schildklier die zichtbaar vergroot is als een zwelling in de hals. Vroeger noemde men het “Krop”.

Synacthentest

Zie ACTH.

TART = Testicuaire Adrenal Rest Tumoren

goedaardige gezwellen die zich in het testisweefsel bevinden bij mannelijke AGS patiënten.

Testosteron

Mannelijk geslachtshormoon.

Thyrax

Medicijn bij een tekort aan schildklierhormoon, vervanging voor T4.

Thyroid

De Latijnse benaming voor de schildklier.

Thyroxine (T4)

Schildklierhormoon.

TIA = transient ischaemic attack

Tijdelijke en voorbijgaande hapering in de bloeddoorstroming van de hersenen.

Transfenoïdaal

Een operatie via de neus.

Transitie

De overgang van de ene fase naar een volgende, bijvoorbeeld bij de zorg van kind naar jongvolwassene.

Transsfenoïdale hypofyse operatie

Een operatie van de hypofyse die via de neus wordt uitgevoerd.

Tremor

Een tremor is een ritmische, bevende, onwillekeurige beweging die ontstaat wanneer spieren zich herhaaldelijk samentrekken en weer verslappen.

Tri-iodo-thyronine (T3)

Schildklierhormoon.

Triage

Het gesprek om de zorgvraag van patient of naaste te beoordelen op ernst en het prioriteren van deze zorgvragen.

Trombose

Geheel of gedeeltelijke afsluiting van een bloedvat.

TSH = Thyroid Stimulerend Hormoon

Hormoon dat wordt aangemaakt in de hypofyse en een rolt speelt bij de regulatie van schildklierhormoon.

Tumor

Gezwel, zwelling of knobbel.

Vijfdaags sterfte

Een berekening van hoeveel mensen na vijf jaar zijn overleden. Het is belangrijk om te weten of mensen eerder komen te overlijden.

visus

het zien

Vitiligo

Auto-immuunziekte waarbij witte plekken ontstaan door een verlies van pigment in de huid.

Voorloperhormoon

Het is een voorloper van het gevormde eindhormoon (bijvoorbeeld cortisol/aldosteron/mannelijk hormoon).

Weesgeneesmiddel

Een geneesmiddel dat is ontwikkeld voor een ziekte waar minder dan 5 op de 10.000 inwoners aan lijden (bron: weesgeneesmiddelen.info)

Zelfmanagement

Het zodanig omgaan met de chronische aandoening (symptomen, behandeling, lichamelijke, psychische en sociale consequenties en bijbehorende aanpassingen in leefstijl) dat de aandoening optimaal wordt ingepast in het leven. Zelfmanagement- ondersteuning is de ondersteuning die mensen met een chronische aandoening geboden wordt om de eigen regie te voeren (Zorgmodule zelfmanagement, 2014).

Zelfzorg

Het vermogen van individuen, families en gemeenschappen om gezondheid te bevorderen, ziekte te voorkomen, gezond te blijven en om te gaan met ziekte en beperkingen, met of zonder de ondersteuning van een zorgverlener (WHO).

Zona fasciculata

Gedeelte van het bijnierschors waar de hormonen worden aangemaakt.

Zona glomerulosa

Gedeelte van het bijnierschors waar de hormonen worden aangemaakt.

Zona reticularis

Gedeelte van het bijnierschors waar de hormonen worden aangemaakt.

Zoutbelastingstest

Vervolgonderzoek bij verdenking op een primair hyperaldosteronisme. Gedurende 4 uur wordt via een infuus een zoutoplossing via een bloedvat toegediend. Voor en na toediening wordt bloed afgenomen en onderzocht op de aanwezigheid van aldosteron. Indien het aldosteron niet voldoende daalt na toediening van de zoutoplossing, is er sprake van een primair hyperaldosteronisme.

Zouthonger

Sterke behoefte aan zout en zoute voedingsproducten.

 


    Opmerkingen

    Heeft u een opbouwende opmerking over een van de verklarende woorden? Samen met u kunnen wij het verbeteren. Geef uw opmerking door in onderstaand formulier:

    Uw naam (verplicht)

    Uw e-mailadres (verplicht)

    Uw tefoonnummer (optioneel)

    Het woord waar u een opmerking over heeft

    Uw bericht

    Bijlage